Lies Bate uit Gent wint Oost-Vlaamse prijs voor Letterkunde

De Provincie Oost-Vlaanderen schrijft jaarlijks twee prijzen uit voor letterkunde. Om de drie jaar komen verschillende genres aan bod. De inzendingen voor de prijs voor kinder- en jeugdliteratuur werden onder het waarnemend voorzitterschap van Carine Stevens beoordeeld door een jury die bestond uit Ria De Schepper, Annemie Leysen, Jet Marchau, Jan Smeekens en Jan Van Coillie. Op unaniem voorstel van de jury kende de deputatie de prijs toe aan Lies Bate uit Gent voor haar jeugdroman 'Nestvallers', waarin ze een historisch sfeerbeeld geeft van de Gentse weeshuizen in de jaren ‘30, verteld vanuit drie verschillende perspectieven. De laureaat ontvangt een geldbedrag van 5 000 euro. Het bekroonde boek is volgens de jury treffend, vlot geschreven en goed onderbouwd. De subjectieve ervaringen worden op een doorleefde manier weergegeven – wat vrij uitzonderlijk is in een historisch verhaal –, maar toch sec en zonder sentimentaliteit. Hoewel de verhalen schrijnend zijn, is er af en toe ook een vleugje humor en blijft de toon in het boek redelijk luchtig.

De jury van de prijs voor scenario vergaderde onder het voorzitterschap van Andrea De Kegel en bestond uit Winnie Enghien, Freddy Sartor, Patrice Toye, Pat Van Beirs en Dorothée van den Berghe. Met meerderheid van stemmen stelde de jury aan de deputatie voor de prijs niet toe te kennen, maar wél een bijzondere vermelding te verlenen aan Lieven De Coninck uit Sint-Niklaas voor zijn inzending 'Vliegenman'. Aan de bijzondere vermelding is een geldbedrag verbonden van 1 750 euro. De jury was van oordeel dat 'Vliegenman' een beeldende, zeer fantasierijke en bijzonder originele, maar anderzijds ook al té complexe tekst is.

Prijswinnaars van de voorbije jaren
2008:
poëzie: Eva Cox voor 'Pritt.stift.lippe'
toneelstuk: Benjamin Van Tourhout voor 'Raisonnez'
2007:
proza: Jeroen Theunissen voor ‘Het einde’
essay en monografie: Joris van Parys voor ‘Het leven, niets dan het leven. Cyriel Buysse en zijn tijd’
2006:
kinder- en jeugdliteratuur: Paul De Moor voor ‘Zo moet het gaan als er iemand is’
scenario: Wim Vanhoe voor ‘De eeuwige markies’